Bewerken en bewaren

Nadat gedoneerde weefsels zijn uitgenomen, worden ze zo spoedig mogelijk bij diverse weefselbanken afgeleverd, waar ze worden bewerkt. Dit houdt in de meeste gevallen in dat het voor transplantatie geschikte weefsel wordt vrijgeprepareerd uit het gedoneerde weefsel en wordt beoordeeld op anatomische kwaliteitskenmerken. De weefsels die in beginsel geschikt zijn, worden zodanig gepreserveerd dat de biologische eigenschappen die belangrijk zijn voor het functioneren van het weefsel na toepassing bij een patiënt, zo goed mogelijk bewaard blijven. Daarnaast worden kwaliteitscontroles en metingen uitgevoerd, om te bepalen of het weefsel voldoet aan vooraf opgestelde kwaliteitscriteria en veiligheidseisen.

Na bewerking worden weefsels verpakt en bewaard onder condities die passen bij het behouden van de gewenste biologische eigenschappen van het weefsel. De bewaarcondities worden gehandhaafd en voortdurend gecontroleerd en geregistreerd door gebruik van specifieke apparatuur en ruimten.